29.Terwijl ze met zijn allen het hadden over de oorzaken, gevolgen, vrije wil, de noodzakelijkheid en de troost kwamen ze aan de oever van Propontis voor het huis van de prins van zeven bergen. Daar hadden ze allen Cunegonda en de oude vrouw gezien die doeken ophingen zodat ze konden drogen. De baron verbleekte, Candide zag hoe zijn schone Cunegonda donker van gelaatskleur was geworden, haar ogen roodgerand, haar boezem weg gedord, haar wangen gerimpeld, haar armen rood en schilferig. Cunegonda omhelsde Candide en haar broer. Candide betaalde losprijs om de beide te bevrijden. Candide vertelde de baron dat hij zijn zuster wilde huwen. Maar de baron wou dit niet, want als Cunegonda en Candide trouwden, dan zouden hun kinderen nooit in Duitse adelboeken terechtkomen. Cunegonda barst in tranen uit, Candide is woedend, hij zegt dat hij de baron heeft gered met losgeld te betalen, zijn zuster heeft gered door losgeld te betalen, en dat hij zijn zuster wil huwen wetende dat ze lelijk is. Maar de baron was ervan overtuigd, zolang hij leefde kreeg Candide Cunegonda niet.
Voltaire

dinsdag 31 mei 2011
hoofdstuk 28
28. De baron is door een broeder heelmeester van het klooster genezen. Daarna werd hij ontvoerd door een Spaanse partij en werd hij gevangen gezet in Buenos Aires, een stad waar Cunegonda net vertrokken was. Hij mocht terugkeren naar Rome, daarna werd hij benoemd tot aalmoezenier bij de franse ambassadeur in Constaninopel.
Toen Pangloss opgehangen werd, was het de bedoeling dat hij daarna ook verbrand werd, maar het was zo ernstig aan het regenen dat ze het vuur niet aankregen. Het knoop was verkeerd geknoopt. Dus hij leefde nog. Hij werd huisknecht bij een Maltezer ridder die op weg was naar Venetië, maar daar had zijn meester geen geld om zijn loon te betalen, dus werd hij in dienst genomen bij een venetiaanse koopman die naar Constantinopel ging. Maar na alles wat is gebeurd, is Pangloss er nog steeds van overtuigd dat alles goed gaat op deze wereld.
zondag 29 mei 2011
hoofdstuk 27
27. Cacambo die zijn Turkse sultan Achmet terug naar Constantinopel moest brengen, had de sultan ervan overtuigd om ook Martijn en Candide mee aan boord te nemen. Candide was ervan overtuigd dat Pangloss gelijk had, en dat alles goed was op de wereld. Er waren zes onttroonde koningen en een daarvan heeft hij zelfs een aalmoes gegeven. Candide begon met het vragen stellen over zijn grote liefde Cunegonda. Maar tot zijn grote verbazing hoort hij niet wat goeds, Cunegonda was namelijk slavin in de woning van een ex-vorst Ragotski. Ze heeft haar schoonheid verloren en is afschuwelijk lelijk geworden. Ze bevindt zich aan de oever van Propontis. Maar Candide trok er zich niets van aan, mooi of lelijk, hij was een man en had zijn plicht haar lief te hebben. Cunegonda en de oude vrouw zijn bij de prins, en hij is slaaf van de onttroonde sultan. Eerst en vooral kocht Candide Cacambo vrij voor een zeer hoge prijs. Zonder tijd te verliezen sprong hij in een roeiboot op weg naar Cunegonda. Onder de galeislaven waren er twee veroordeelden die heel slecht roeiden, één ervan leek op Pangloss en de andere op een ongelukkige jezuïet, namelijk de baron, de broer van Cunegonda. Maar deze gedachte ontroerde en maakte hem droevig. Candide vertelde Cacambo wat hij dacht en dat ze wel erg veel op de baron en Pangloss leken. Bij het weerklinken van deze twee namen kwamen de twee galeislaven. Ze stopte met wat ze bezig waren, maar de bootsman werd kwaad en sloeg met een bullenpees op de twee galeislaven, Candide roept naar de bootsman dat hij hem zoveel geld zou geven als hij wilt. Opeens zeiden beide galeislaven tegen Candide, ja wij zijn het, Pangloss, en de baron. Candide betaalde 50.000 sequijnen om hen vrij te kopen. Candide kan het allemaal niet geloven, hij had de baron toch vermoord, Pangloss was toch opgehangen? Met zijn allen waren ze op weg Cunegonda te gaan bevrijden.
hoofdstuk 26
26.Op een zekere avond grijpt iemand Candide’s arm en beval hem te vertrekken. Candide keek achter zich om, en het was Cacambo. Hij werd zo blij. Eerst wat hij vroeg was waar Cunegonda is, maar zij was niet daar, ze was in Constantinopel. Ze hadden besloten om na het eten te vertrekken. Maar naast die vreugde was Candide ook een beetje verbaasd, want Cacambo was namelijk een slaaf geworden. Cacambo’s meester was Achmet III, enkele jaren een groot sultan geweest. Naast hem zat Iwan, tsaar van alle russen. De derde was Karel-edward, koning van Engeland. De vierde was de koning der polen. De vijfde was ook een koning van Polen. Allen waren ze naar Venetië gekomen om carnaval te zien. De zesde was niet zo’n groot vorst, maar was ook ooit koning geweest, hij heette Theodorus. Deze laatste had echter niets meer in bezit, vroeger had hij twee secretarissen, nu nauwelijks één knecht. De andere vijf koningen voelden medelijden en besloten elk twintig sequijnen af te geven aan koning Theodorus. Ook Candide schonk hem een diamant van 2000 sequijnen.
hoofdstuk 25
25. Candide en Martijn kwamen aan bij het paleis van Pococurante. Hij was zeer rijk. Candide en Martijn werden opgediend door twee mooie meisjes, de rijke Pococurante vertelt hen dat hij ze af en toe mee naar bed neemt, maar ook hen is hij al beu. Ze waren later bezig over dichters, maar Pococurante vond de Duitse dichters maar niets. Hij spreekt zoals hij denkt, en het doet hem koud wat andere erover denken. Niets vond hij goed, niets beviel hem. Candide is ervan overtuigd dat Pococurante heel gelukkig is omdat hij zoveel in bezit heeft, maar Martijn beweert dat hij helemaal niet gelukkig is maar dat hij alles beu is wegens zijn bezittingen. Net zoals Plato ooit beweerde, het zijn niet zij die alle voedsel bezitten die het gelukkigste zijn. Dagen liepen voorbij en er was nog steeds geen spoor van Cacambo en Cunegonda, maar toch bleef Candide de moet erin houden, ook al was hij heel ongelukkig. Hij was ervan overtuigd eens dat hij Cunegonda terug zou zien, dat hij de gelukkigste mens op aard zou zijn.
hoofdstuk 24
24. Toen hij aangekomen was, ging hij direct op zoek naar Cacambo. Maar tevergeefs, niemand wist wat van Cacambo. Candide was toen al van Suriname naar Bordeaux, van Parijs naar Dieppe, van Dieppe naar Portsmouth gerezen, de Portugese en Spaanse kusten langs gevaren, om de gehele Middellandse Zee te doortrekken, maar nog altijd geen Cunegonda te zien. Martijn vertelt Candide dat hij Cunegonda en zijn knecht beter kan vergeten. Ze gingen naar een opera kijken. Kijkend naar het theaterstuk zagen ze dat een meisje smoorverliefd was op een monnik, althans dat beweerde Candide. Hij beweerde dat ze heel gelukkig waren, maar Martijn dacht er anders over. Ze besloten het te gaan vragen. Het meisje bleek Paquette te zijn (lief van pangloss). Hij sprak met Paquette, en na Paquette’s verhaal bleek al snel dat Martijn gelijk had, en dat Paquette niet gelukkig was. Volgens broeder Giroflee heerst er enkel jaloezie, tweedracht, verwoede en haat in het klooster. Candide gaf Paquette 2000 piasters en duizend aan broeder Giroflee. Terug kreeg Candide hoop toen hij ook Paquette terug had gezien, dat hij ook Cunegonda ging terug vinden.
hoofdstuk 23
23. Martijn beweerde dat de mensen in Engeland zwartgallig zijn. Pratend kwamen ze terecht in Portsmouth. Eens aangekomen zagen Martijn en Candide geblinddoekte mannen die door 4 soldaten werden doodgeschoten. Elk drie kogels. Het was een admiraal, hij moest vermoord worden omdat de admiraal zelf niet genoeg mensen had vermoord. Candide was zo kwaad dat hij weigerde te blijven in Engeland. Twee dagen later vertrokken ze dan met de kapitein naar Venetië. Eerst via de franse kust, toen via Lissabon, dan via de middellandse zee en uiteindelijk waren ze dan aangekomen in Venetië.
hoofdstuk 22
22. Candide hoorde in Bordeaux door vele mensen zeggen dat ze naar Parijs gingen, dit gaf hem ook het verlangen om te gaan. Parijs is bovendien niet zo ver van Venetië. Maar eens aangekomen in Parijs werd hij ziek. Maar Candide genas. Candide en Martijn ontmoette een pastoortje uit Périgord, deze pastoor bracht hen eerst naar de schouwburg waar een treurspel werd opgevoerd. Candide vindt het spel echter slecht. Het spel bevindt zich zogezegd in Arabië, maar niemand die Arabisch spreekt. Candide vond een actrice die de rol van de koningin speelde zeer mooi, ze leek een beetje op Cunegonda. Hij vroeg dan ook rond hoe de Engelse koningin begroet zou moeten worden. Maar het was duidelijk dat in Parijs alles heel anders tewerk ging. Hij wou de actrice nog groeten, maar zij was bezet en ging enkel om met deftige mensen. Maar Candide werd voorgesteld aan een andere vrouw. Toen ze aankwamen aan het huis van de dame, zagen ze dat ze aan het kaarten waren. De dame werd mevrouw de Parolignac genoemd. Candide luisterde aandachtig naar het gesprek van deze vele mensen. Candide vroeg aan de gastvrouw wie die man was dat zo voortreffelijk was, het was een geleerde, volgens Candide een tweede Pangloss. Candide ging dan ook naar de man en vroeg hem het volgende: ‘Mijnheer, u is zeker van oordeel dat in de stoffelijke den de zedelijke wereld alles zo goed als denkbaar is en dat niets anders kan wezen dan het is?’ (net zoals Pangloss het beweerde). Maar in tegenstelling tot datgene wat Candide dacht, vond de geleerde dat helemaal niet, integendeel, hij vond dat bij hen alles verkeerd gaat, niemand weet wat zijn plaats is, zijn taak is, wat hij doet, noch wat hij dient te doen. Volgens de geleerde is het een eeuwige en algemene oorlog. Na de maaltijd leidde de markiezin Candide naar haar kabinet en hij nam rust op een rustbank. En ze krijgen een seksuele relatie. Maar al snel voelde Candide zich onttrouw ten opzichte van Cunegonda. Candide ging slapen en de volgende ochtend kreeg hij een brief waarin stond dat Cunegonda al acht dagen ziek in Parijs lag en dat het tussen haar en de gouverneur afgelopen was. Ze wachtte op Candide. Al snel gaat hij naar het hotel waar Cunegonda zich bevond. Hij probeerde met Cunegonda te spreken, maar ze kon niet praten. Hij wou het bedgordijn opentrekken, maar volgens de verpleegster kon dit haar leven kosten (het licht kon haar leven kosten).Maar opeens vielden enkele politiemanschappen de kamer binnen. Al snel merkte Candide dat de vrouw die Cunegonda speelde, niet echt Cunegonda is, en dat de abbé uit Perigord oplichters waren. De politie zei hem dat als hij hem enkele diamantjes zou geven dat ze hem vrij zouden laten. Candide vroeg de politieman of hij hem naar Venetië kon brengen, maar dat kon hij niet. Hij kan hem enkel naar Neder-Normandië brengen.
hoofstuk 21
21. Volgens Martijn is in Frankrijk (aangezien hij er al verscheidene keren is geweest, kan hij het weten) de voornaamste bezigheid de liefde, de kwaadsprekerij en de dwaasheden verkondigen. Volgens Martijn is Parijs een grote chaos, een warboel. Toen Martijn in der tijd was aangekomen in Parijs werd hij direct overvallen, alles wat hij had was weg. Candide vertelt hem dat hij niet nieuwsgierig is in Parijs, aangezien hij al in Eldorado is geweest, niets op aarde interesseert hem meer dan dat. Ze gingen via Frankrijk naar Italië. Om zo in Venetië Cunegonda op te wachten. Candide vroeg aan Martijn met welk doel de wereld is geschapen. Martijn antwoordde, om ons de dampen aan te doen. Maar ze waren er nog lang niet, uiteindelijk kwamen ze aan in Bordeaux.
hoofdstuk 20
20. Samen met Martijn, de Amsterdamse boekenverkoper, ging Candide weg naar bordeaux. Candide vraagt martijn wat hij vindt over Pangloss’ ideeën. Martijn vertelt Candide dat hij iemand is dat een goed en slecht beginsel aanvaardt. Martijn vertelt dat hij veel heeft beleefd en ervaren, waardoor hij dus manicheeër is geworden. In de verte zien ze twee schepen dat vechten, een schip gaat ten onder, zonk, dat was de schip van de Hollandse kapitein. Volgens Candide kreeg hij zijn verdiende loon. Volgens Martijn heeft hij nooit wat goeds gezien in de wereld. Onderweg vindt Candide zijn schaap terug. Hij is heel gelukkig en is ervan overtuigd dat hij nu ook Cunegonda zal terugvinden.
hoofdstuk 19
19. Onderweg verliep alles goed, maar na de lange reis hadden ze nog slechts twee schapen over. De andere stierven allemaal onderweg. Uiteindelijk kwamen ze aan in Suriname, waar ze kennismaakten met een neger. De neger ziet er heel toegetakeld uit, en dit door zijn meester de heer Vanderdendur. De neger werkt in een suikerfabriek. De neger was ongelukkig: zijn armen, benen, kleren werden afgehakt als de arbeiders nog meer een ding verkeerd zouden doen. De neger vertelt Candide dat ze eigenlijk verre neven zijn. Maar dat ze toch slecht behandeld werden. Candide was ervan overtuigd dat het Optimisme, waar Pangloss het altijd over had, dat het waanzin was. Daarna wou Candide zo snel mogelijk na Buenos Aires, om daar de geliefde van zijn leven te gaan ontvoeren. Een Spaanse kapitein vertelde Candide dat hij op hen zal wachten. Candide vertelde Cacambo dat hij diegene was die Cunegonda moest vrij kopen, hij had tenslotte niemand gedood. Eerst moest hij 1 miljoen geven, dan 2 miljoen, … Intussen ging Candide wachten in Venetië. Cacambo vond dit een goed idee en beide namen ze afscheid van elkaar. Vervolgens was Candide opzoek naar een kapitein die hem naar Venetië kon brengen, na even onderhandelen wou de Hollander Vanderdenbur Candide naar Venetie brengen voor maar liefst 30.000 piasters. Maar alles verliep heel moeilijk, eens in Venetië aangekomen was Candide zo kwaad dat hij naar de rechter ging om de Hollander aan te klagen, maar ook hier kreeg hij een boete omdat hij luidruchtig was. Daarna moest hij ook nog audiëntiekosten betalen. Aangezien Candide niet genoeg geld had om af te varen naar Bordeaux, huurde hij een goedkope hut op de boot. Hij was op zoek naar iemand die samen met hem de reis zou willen afleggen. Er kwamen heel wat mensen naar de herberg, Candide bood hen allen een avondmaal en luisterde dan naar elk individu’s verhaal. Uiteindelijk koos hij dan voor een Amsterdamse boekenverkoper. Deze man was een goed mens, bestolen door zijn vrouw, geslagen door zijn zoon en in de steek gelaten door zijn dochter.
hoofdstuk 18
18. Er was een oude gastheer die Cacambo en Candide rondleed. De twee werden goed ontvangen, ze dronken uit diamanten glazen. De plaats waar ze zich bevonden was het oude vaderland der Inca’s. De Inca’s verlieten deze plek om een deel van de wereld te ontwerpen, maar uiteindelijk werden ze uitvermoord door de Spanjaarden. De Spanjaarden noemen deze plaats El Dorado. Na een lange gesprek met de oude gastheer, vroeg candide welke godsdienst er heerste in El Dorado. De mensen van Eldorado bidden niet tot God, maar bedanken hem keer om keer voor alles wat hij hen heeft gegeven. Candide wordt steeds meer verbaasd, nadat hij hoorde dat er in El Dorado geen monniken en dergelijke bestaan. Candide is er dan ook van overtuigd dat moest Pangloss geleefd hebben en dit ook zou hebben kunnen meemaken, dat ook hij ervan overtuigd zou zijn dat kasteel Thunder-ten-Tronck niet het beste was. Candide en Cacambo verlaten de oude gastheer, en gaan nu op weg naar het koninklijk paleis. Ze werden heel mooi ontvangen, twintig maagden heten hen welkom. Om de koning te begroeten ging zowel Candide als Cacambo de koning omarmen en vervolgens kussen, wat daar de gewoonte was. Candide is nadat hij erachter komt dat er geen gevangenissen, rechtbank en parlementen bestaan ervan overtuigd dat de kasteel waar hij geboren is wel degelijk onderdoet voor deze plek. Maar zouden ze wel blijven, hun geliefde is tenslotte in Europa. Uiteindelijk besloten ze dan maar terug te keren en afscheid te nemen. Bovendien zouden ze met de steentjes dat ze hebben opgeraapt, en de schapen wat ze mee zouden nemen, rijk genoeg zijn. Rijker zelfs dan alle koningen. De koning vertelt hem dat het jammer is dat ze vertrekken, maar elk mens is vrij, en mag doen wat hij of zij wilt. Maar hij vertelt hen ook dat het moeilijk is El Dorado te verlaten door de sterke stroom. Ze begonnen allemaal dan ook aan het bouwen van een toestel waar vervolgens Candide en Cacambo op geplaatst werden. Ze namen afscheid van de koning en ingenieurs. Candide wou enkel de schapen aanbieden aan zijn grote geliefde Cunegonda.
hoofdstuk 17
17. Ze gingen uiteindelijk naar Cayenne omdat ze geen ander plek wisten waar ze naar toe konden. Onderweg gebeurden er vreselijke dingen. De paarden stierven van uitputting. Uiteindelijk beseffen ze dat ze niet verder kunnen, in de verte zagen ze een bootje, ze vulde deze met kokosnoten en namen zelf plaats. Uiteindelijk kwamen ze aan land. (volgens Candide was dit land beter dan Westfalen). En aangekomen zagen ze kinderen spelen met stenen, candide en cacambo waren er bijna van overtuigd dat dit de kinderen waren van de koning. Candide raapte de stenen op. Ze kwamen aan bij het eerste huis van het dorp. Ze aten er uitbundig, met alles erop en eraan. Toen het maaltijd ten einde was, hadden Cacambo en Candide twee opgeraapte stukken goud achtergelaten. Maar al snel barste de gastheer en gastvrouw in lachen uit. Het was daar namelijk niet de gewoonte dat men ging betalen, want de regering vergoedde alles. Bovendien waren ze niet in bezit van de huidige plaatselijke munt.
hoofdstuk 16
16. Ze kwamen aan in een onbekende streek. Cacambo, Candide’s knecht, stelde Candide voor om wat te eten, maar candide vond dit overbodig. Hij voelde zijn eigen slecht, omdat hij de broer van zijn geliefde Cunegonda had gedood. Maar uiteindelijk begon hij dan maar met te eten. Beiden horen ze een geschreeuw, het was het geschreeuw van twee naakte meisjes die achtervolgd werden door twee apen, aangezien Candide bij de Bulgaren had leren schieten, schoot hij deze apen dood. Candide voelde zich goed, hij had een inquisiteur en een jezuïet vermoord. Nu heeft deze doden kunnen uitwissen door deze meisjes hun leven te redden. Maar zijn blijdschap duurde maar voor even. De twee meisjes zijn namelijk niet van adel wat Candide dacht, maar waren slechts kwartmens. De apen waren hun minnaren, Candide heeft hun minnaren gedood. Candide’s meester had het Candide ooit verteld dat zoiets vroeger mogelijk was, maar hij geloofde het niet echt. Maar na dat hij dit gezien had, was hij uiteraard overtuigd. Hierdoor verlaten ze het weiland en gingen ze naar het bos. Toen ze wakker werden konden ze zich niet bewegen, want de twee kwartmensen hadden Candide en Cacambo aangeklaagd. Ze werden omringd door boffers, gewapende boffers. (stenen bijlen, knotsen, pijlen…). Al snel merkte de twee dat de boffers van plan waren hen te eten. (aangezien ze jezuïet waren, althans zo zagen zij eruit). Aangezien Cacambo hun dialect een beetje kan verstaan, besluit hij met de boffers een babbeltje te slaan. Hij vertelde hen namelijk dat ze de verdedigers waren, en geen jezuïet. Hij vertelde dat ze zelf een jezuïet gedood hadden. De boffers onderzochten dit en inderdaad al snel hadden ze de twee gevangenen vrij gelaten, en hebben ze hen goed verwent met meisjes etc..
hoofdstuk 15
15. De broer van Cunegonda, de vader, de moeder, twee dienstmeisjes en drie knechtjes werden vermoord. Ze werden met zijn allen in een kar geladen om begraven te worden, een pater besprenkelde hun allen met wijwater, en op dat moment gaat er wat wijwater in de oog van Cunegonda’s broer, waardoor haar broer’s oog begon te bewegen. De pater merkte dan ook dat hij nog leefde en hielp de broer drie weken lang met herstellen. Vervolgens ging de broer in een wijngaard arbeiden. De broer van Cunegonda wordt kolonel en priester. (ze willen de Spanjaarden verslaan). Beiden zijn ze ervan overtuigd dat ze Cunegonda moeten gaan zoeken en haar bij hen weg te nemen. Aangezien Candide met haar wou trouwen, vindt hij dit een goed idee. Maar toen de baron (broer van Cunegonda) hoorde dat Candide met zijn zus wou trouwen, werd hij woedend. Het werd zo ernstig dat het eindigde in een gevecht en dat Candide de Baron doodschoot. Candide heeft 3 mensenlevens ontnomen. (waarvan 2 priesters). Candide wisselde van kleren met de Baron, waardoor hij op een echte jezuïet priester leek.
hoofdstuk 14
14. Candide had een knecht meegenomen uit Cadiz (kwartbloed Spanjaard) .Zijn vader was monnik, soldaat, lakei… geweest. De knecht heet Cacambo. De knecht zette de paarde klaar en vertelde zijn meester Candide dat ze moesten vertrekken. Candide was verdrietig, want hij wou haar niet achterlaten. Hij wist niet waar ze naartoe moesten, maar Cacambo zei hem dat ze naar H. Jacobus gaan. Ze gingen oorlog voeren tegen de jezuïeten. Eens aangekomen werden Candide en Cacambo ontwapend, hun paarden werden afgenomen. Ze werden door twee rijen soldaten binnengeleid, en aan het einde van de zaal zat de commandant. Beide wouden met de eerwaarde vader provinciaal spreken, ze hadden heel veel honger en hadden geen zin om te wachten. Toen de commandant hoorde dat Candide een Duitser was, besloot hij met hem te gaan praten in een tuinhuisje. De eerwaarde vader commandant treed het huisje binnen. Hij was vrij blank: blozend, opgetrokken wenkbrauwen, levendige blik, rode oren, frisse lippen, fiere houding.. Zowel Candide als Cacambo kregen hun wapens en hun paarden terug. Candide kuste de rand van het gewaad van de commandant en daarna gingen ze alle drie aan tafel. Candide en de commandant beginnen met praten, en vanaf het moment dat Candide zei dat hij van Westfalen was, kwamen ze er al snel achter dat de commandant de broer is van de mooie Cunegonda. Beide waren ze dolgelukkig, ze dronken wijn en dankten god duizendmaal. Bij elk woord waren ze beide meer en meer verbaasd.
hoofdstuk 13
13.Nadat cunegonda het verhaal had aangehoord, vroeg ze aan alle passagiers ook hun verhaal te vertellen. Nadat iedereen zijn verhaal had verteld kwamen ze in Buenos Aires aan. Cunegonda, kapitein Candide en de oude vrouw gingen naar de gouverneur. Ze hadden een gesprek met de gouverneur, de gouverneur (Don Fernando D’Ibaraa..) was verzot op vrouwen en vond Cunegonda het mooiste. Hij vroeg of zij de echtgenote van de kapitein is, de manier waarop hij dit vroeg, bracht onrust weeg bij Candide. Candide vroeg al snel aan de gouverneur of hij Cunegonda en Candide kon huwen, kon verbinden. De gouverneur beval Candide zijn compagnie te inspecteren. Candide gehoorzaamde en de gouverneur bleef met Cunegonda samen achter. Hij verklaarde zijn liefde aan haar en verzekerde haar dat ze de volgende dag voor de Kerk zouden trouwen. Cunegonde wou echter even nadenken vooraleer ze een dergelijke besluit nam. Volgens de oude vrouw kon Cunegonde het beste trouwen met mijnheer de gouverneur, zo kon ze Candide gelukkig en rijk maken. Terwijl de oude vrouw tot Cunegonda sprak, zag men een kleine schip de haven binnenvaren. Het gerucht verspreidde zich, dat een rechter aan land zou gaan, en dat hij de moordenaars van de Groot- Inquisiteur vervolgde. De oude vrouw vertelde Cunegonda dat ze niet moest vrezen, haar kon niets overkomen, want de gouverneur had haar lief. Cunegonda ging snel naar Candide en vertelde hem te vluchten. Er was geen seconde te verliezen, maar hoe kon Candide scheiden van Cunegonda? En waar moest hij heen?
hoofdstuk 12
12. Hetgeen wat de vrouw hoorde was haar moedertaal. De oude vrouw vertelde deze man wat haar was overkomen. Hij bracht haar naar een dichtgelegen huis, liet haar in bed liggen en gaf haar wat te eten. Hij troostte haar en gaf haar liefde, hij vertelde haar dat hij nog nooit eerder zo een mooie vrouw had gezien. De man was geboren in Napels. (men ontmant in Napels jaarlijks 2 à 3duizend kinderen, sommige sterven en sommige krijgen er een stemgeluid van).De man werd zanger in de kapel van mevrouw de prinses van Palestina. Toen de oude vrouw dit hoorde wist ze al snel dat hij haar moeder bedoelde, de man heeft de oude vrouw opgevoed tot ze een jaar of zes was. De oude vrouw vertelde haar verhaal, en ook hij vertelde zijn verhaal aan haar. De man was door een christelijke mogendheid als afgezant naar de koning van Marokko gezonden om met die vorst een overeenkomst te sluiten over welk buskruit, kanonnen en schepen zouden worden geleverd Om hem te helpen, de handel die door andere christenen gedreven werden uit te roeien. De man besloot de oude vrouw, die toen nog jong en mooi was, terug te brengen naar Italië, via een schip. Hij voerde naar Algiers, waar hij de oude vrouw verkocht aan de dey van deze provincie. Maar daar brak een pestepidemie uit. (Deze epidemie had Afrika, Azië en Europa rondgereisd). De oude vrouw beweerde dat deze pest veel erger was dan de aardbeving dat Candide had meegemaakt. De eunuch, de dey en de gehele harem kwamen om het leven. Na deze epidemie, werden de slavinnen verkocht, dus ook de oude vrouw. Een koopman kocht haar op dat haar naar Tunis bracht. Deze verkocht de oude vrouw verder aan een andere koopman, die haar weer verkocht aan iemand in Tripolis, en van Tripolis naar Alexandrië, van Alexandrië naar Smyrna, van Smyrna naar Constantinopel. En tenslotte kwam de oude vrouw in handen van de Janitsaren. Deze kreeg het bevel Azov te gaan verdedigen tegen de Russen. Er waren heel veel Russen gedood, maar zij zetten ons ook betaald. Azov werd gedood en geslacht. Door de uiterste hongersnood moesten de Janitsaren twee haremwachters opeten. Men ging de vrouwen verorberen. Maar ze hadden een meedogende imam, hij hield een schone toespraak en zei tegen de Janitsaren de vrouwen niet helemaan te doden, maar slechts in één bil af te snijden. Men zou ervan smullen in dagen dat men het nodig had (hongersnood). Hij wist hen te overtuigen en de vrouwen ondergingen de operatie. Maar de Janitsaren hadden hun billen nooit kunnen opeten, want ze kregen er de kans niet toe. De Russen kwamen. Overal waren er Franse heelmeesters.. Een bekwaamde vakman verzorgde de vrouwen en genas hen. Nadat hij de oude vrouw haar wonde genezen had, had hij een liefdesverklaring afgelegd. Wanneer de vriendinnen van de oude vrouw konden lopen gingen ze naar Moskou. De oude vrouw echter kreeg het heel moeilijk en werd elke dag met twintig zweepslagen geslagen. Na twee jaar vluchtte de vrouw, ze trok heel Rusland door en diende lange tijd als meid in herbergen( in Riga, Rostock, Wismar, Leipzig, Kessel, Utrecht, Leiden, Gravenhagen en Rotterdam). De oude vrouw is oud geworden in armoede en schandaal. Ze heeft slechts één zitvlak. Ten slotte is ze in dienst genomen door de jood Don Issachar, hij stelde haar aan tot de dienares van mejuffrouw Cunegonde. Kortom de oude vrouw is een vrouw van ervaring, ze kent de wereld.
hoofdstuk 11
11. (verhaal van de oude)à Ze is de dochter van paus Urbanus X en prinses van Palestina. Ze werd tot haar 13e opgevoed in een paleis. Ze was vroeger heel mooi: mooie ogen, mooie boezems, … Ze was verloofd met een heerser, prins van Massa-Carrara. De prins was even mooi als haar. Maar na hun trouw stierf hij. Haar moeder bezat een zeer schoon landgoed nabij Gaeta. De oude vrouw en haar moeder scheepten weg naar Gaeta. Maar onderweg was er een kaper uit salé, de soldaten wierpen hun wapens weg, de oude vrouw en haar moeder en ook hun hofdames werden spiernaakt uitgekleed. De kapers stoken bij alle vrouwen een vinger in hun plek.(vagina). Dit deed men om te onderzoeken of de vrouwen daar geen diamanten in verstopten. De oude vrouw en haar moeder werden als slavinnen naar Marokko gevoerd. De oude vrouw was verrukkelijk mooi, en ook maagd. Ze had haar maagdelijkheid bewaard voor haar prins van Massa-Carrara.Haar maagdelijkheid bleef niet meer lang, het werd niet de prins die haar kon bezitten, maar de kaperkapitein ontmaagde haar. Het was een neger en hij geloofde dat hij haar een eer aandeed. Ze kwamen aan in Marokko, in die tijd hadden de 50 zonen van keizer Muley Ismaël elk een partij, hierdoor ontstonden 50 burgeroorlogen, negers tegen negers, negers tegen bruin kleurlingen, bruin kleurlingen tegen bruin kleurlingen, mulatten tegen mulatten, dit gaf een hele afslachting. Toen de oude en haar moeder waren ontscheept, was er een partij dat de kaper zijn buit kwam ontnemen. Na de diamanten en het goud waren de vrouwen het kostbaarste van zijn bezit. De oude vrouw zag dat de Italiaanse vrouwen en haar moeder in stukjes werden gesneden en afgeslacht. Iedereen: de gevangenen, de soldaten, matrozen, zwart, bruin, blanken en halfbloeden werden allemaal gedood. De oude vrouw bleef liggen op een stapel lijken. Met veel moeite rukte de vrouw zich los van al die lijken, en sleepte zich voort naar een hoge sinaasappelboom die dicht bij een beekje stond, daar viel de oude vrouw neer van uitputting, afschuw, wanhoop, honger… De oude vrouw was zo moe, ze bevond zich ergens tussen leven en dood, totdat ze zich plotseling voelde neergedrukt door iets op haar lichaam, ze opende haar ogen en zag een blanke man dat zei ‘O che sciagura d’essere senza coglioni’
hoofdstuk 10
10. De diamanten en pistolen waren gestolen, ze waren ongerust over hetgeen waar ze nu van moesten leven. De oude verdachte de eerwaarde Fransiscaner van het stelen. Maar zoals Pangloss altijd beweerde, kon alles gemeenschappelijk gebruikt worden, dus er was niets aan te doen. Iedereen had er evenveel recht op. Hij stelde voor om een van de paarden te verkopen. En dat deden ze ook, een monnik kocht hun paard. De drie kwamen eindelijk in Cadiz aan. De drie scheepten zich in, samen met twee knechten en de paarden. Ze waren onderweg naar de ‘nieuwe wereld’ dat volgens Cunegonde de best der denkbare wereld is der werelden. Maar ze was ongelukkig om hetgeen er was gebeurd, de oude vrouw vertelde haar dat ze niet mocht klagen, dat zij meer had meegemaakt dan ze allemaal. Candide en Cunegonda waren nieuwsgierig en de oude vrouw begon haar verhaal te vertellen.
hoofdstuk 9
9. Candide steekt de jood Don Issachar dood. ..Hij valt voor de voeten van Cunegonda. Ze wordt ongerust wat er met hen gaat gebeuren door deze dood dat plaats heeft gevonden in haar kamer. Normaal gezien zouden ze Pangloss raadplegen, maar aangezien hij vermoord is, was de oude vrouw hun optie. Het was zondag, de Grote inquisiteur viel de kamer binnen, was even verbaast en aangezien Candide toch al een moord had begaan, heeft hij ook hem vermoord. Hij viel naast de jood neer. Cunegonda vraagt zich af hoe de zachte Candide in 2 minuten tijd 2 mensen heeft kunnen vermoorden. Vervolgens vertelde de oude vrouw dat er in de stal 3 paarden waren met zadels.. dit was hun kans naar Cadiz te vluchten. Ze reden in de koelte van de nacht. Ze legden met zijn allen 30 mijl af ..De grote inquisiteur werd begraven en Issachar op de vuilnisbelt gesmeerd. De 3 kwamen in Avacena terecht.
donderdag 26 mei 2011
hoofdstuk 8
8. Cungonda vertelde haar verhaalà
Ze sliep, de Bulgaren vielen hun kasteel binnen, ze vermoorden haar vader (Baron), broeder en moeder. Een grote Bulgaar zag Cunegonda en verkrachtte haar. Cunegonda werd woedend, ze beet hem
De grote reus werd razend en had haar een messteek gegeven Waar de litteken nog steeds zichtbaar van was.. Een Bulgaarse kapitein kwam de kamer binnen en zag hoe de grote reus (soldaat) haar zonder medelijden verkrachtte… Vervolgens doodde de kapitein deze soldaat. Daarna werd zij krijsgevangenen Zij waste zijn hemde, kookte voor hem… Na drie maanden had de kapitein geen geld meer, dus verkochte hij haar aan een Jood.. (Don Issachar). Hij hechte zich veel aan Cungonda. De jood bracht haar onder in dit buitenhuis. Cunegonda dacht altijd dat de kasteel het mooiste plaats op aarde was maar ze vergiste zich. De groot-inquisiteur zag haar bij de mis. Cunegonda vertelde hem over haar afkomst, hij vertelde haar dat zij niet bij een Israëliet hoorde. Hij stelde Issachar voor mij af te staan, maar hij weigerde dit. Vervolgens bedreigde de groot-inquisiteur Issachar met de brandstapel. Dus werd het buitenhuis Cunegoda’s gemeenschappelijk bezit. Zij werd de minnaar van de Jood en van de groot-inquisiteur. Op maandag en woensdag bij de Jood, de andere werkdagen bij de Groot-inquisiteur. Zij zag hoe Pangloss werd opgehangen en hoe Candide naakt rondliep. Hierdoor werden haar gevoelens nog sterker. Alles spookte door Cunegonda’s hoofd. Haar verkrachting, de moord op van haar gezin, de slavernij, keukenmeidenwerk. Maar vooral die kus met Candide. Vervolgens beval Cunegonda de oude vrouw om goed voor Candide te zorgen.
hoofdstuk 7
7. Ze kwamen terecht in een armzalig huisje, de vrouw gaf hem een pot zalf, liet hem eten en drinken.Naast zijn bed lag bovendien een mooie pak. Candide was verbaast om hetgeen er was gebeurd, maar ook omwille van de oude vrouw. Hij wilde haar hand kussen. Candide sliep en werd wakker, de oude vrouw bracht hem eerst het ontbijt, vervolgens het middagmaal en dan het avondmaal. Candide vroeg haar hoe hij haar kon bedanken, ze antwoordde nooit tot op een dag dat ze geen avondmaal bracht en hem vroeg haar te volgen. Ze gingen door velden en kwamen uiteindelijk aan bij een leegstaand huis.. Ze gingen via een geheime trap naar een verlaten plek, de oude vrouw liet candide daar achter. Candide dacht dat hij droomde maar al snel kwam de oude vrouw terug met een gesluierde vrouw. Nadat Candide de sluier had verwijderd, zag hij dat de vrouw onder de sluier Cunegonda was. Ze spreken tot elkaar, snikken, tranen, kreten… Candide begint met zijn vragen, .. ‘bent u niet vermoord door de bulgaren?’ etc.. Cunegonda was dus niet gestorven, maar haar vader en moeder wel. Candide begon haar te vertellen wat hem was overkomen na hun kus.
hoofdstuk 6
6. Na de aardbeving (3 kwart van lissabon was verwoest)
Na het middagmaal kwam werd Pangloss en Candide aangevallen. Eerst en vooral om wat hij gezegd had, en ten tweede omdat hij er met instemming naar geluisterd had. Ze werden afzonderlijk weggevoerd. Acht dagen later kregen beide een sanbenito aan en een mijter. Candide’s mijter was beschilderd met omgekeerde vlammen en met duivels zonder staart noch klauwen. Pangloss’ mijter was met duivels beschilderd en droegen een staart. Hun vlammen stonden recht overeind. Candide werd afgeranseld, de mannen die geen vet wouden eten werden verbrand en Pangloss werd opgehangen. Diezelfde dag bewoog de aarde weer. Hij snapte er niets meer van. Als dit de beste aarde was, hoe zou het dan zijn op al die andere aarden? Pangloss opgehangen, Jacob verdronken, Cunegonde vermoord? Hij keerde terug naar de stad, maar een oude vrouw hield hem tegen en vroeg Candide haar te volgen.
Na het middagmaal kwam werd Pangloss en Candide aangevallen. Eerst en vooral om wat hij gezegd had, en ten tweede omdat hij er met instemming naar geluisterd had. Ze werden afzonderlijk weggevoerd. Acht dagen later kregen beide een sanbenito aan en een mijter. Candide’s mijter was beschilderd met omgekeerde vlammen en met duivels zonder staart noch klauwen. Pangloss’ mijter was met duivels beschilderd en droegen een staart. Hun vlammen stonden recht overeind. Candide werd afgeranseld, de mannen die geen vet wouden eten werden verbrand en Pangloss werd opgehangen. Diezelfde dag bewoog de aarde weer. Hij snapte er niets meer van. Als dit de beste aarde was, hoe zou het dan zijn op al die andere aarden? Pangloss opgehangen, Jacob verdronken, Cunegonde vermoord? Hij keerde terug naar de stad, maar een oude vrouw hield hem tegen en vroeg Candide haar te volgen.
hoofdstuk 5
5. De helft van de passagiers was zo verzwakt waardoor ze bijna gingen sterven. De andere helft schreeuwde en bad tot God. De zeilen waren gescheurd,de masten waren gebroken. Jacob hielp bij de reddingsarbeid. Een woedende matroos gaf Jacob een harde slag waardoor hij over het boord stortte. Hij bleef haken aan een afgebroken mast. Jacob reikte zijn hand, maar de matroos hielp niet en Jacob viel. Jacob stierf. Candide wou hem achterna gaan maar Pangloss beweerde dat zijn dood zijn lot was, terwijl hij naar Lissabon ging. Zijn verdrinking was de opzettelijke bedoeling. Vervolgens scheurde het schip open, iedereen kwam om, slechts Pangloss, Candide en de matroos niet. Pangloss en Candide spoelden aan op een plank. Toen ze weer bij bewustzijn kwamen, hadden zij nog wat geld over, hopend dat ze hun honger konden stelpen. Maar vooraleer ze een voet in de stad hebben gezet, was er een soort aardbeving. 30.000 inwoners van alle leeftijden en geslachten kwamen om. Huizen vielen ineen etc. Candide zei dat het een natuurverschijnsel was. De matroos begon een zoektocht naar geld tussen de lijken. Hij vond het geld, en maakte zich er meester van. Hij dronk veel. Pangloss vertelde de matroos dat hij slecht bezig is, maar de matroos trok er zich niets van aan. Candide, helemaal bedekt door het puin en gewond door steen scherven, zei dat hij ging sterven. Volgens Pangloss was dit niet de eerste aardbeving, in Amerika was er net zo een aan de gang vorig jaar. Met dezelfde oorzaken en dezelfde gevolgen. Sommige burgers waren door Pangloss en Candide aan de dood ontsnapt. Zij schonken hem een maatijd. Het was een treurige maaltijd, iedereen was verdrietig om hetgeen dat zich had afgespeeld. Pangloss troostte hen en zei dat de loop der dingen niet anders had kunnen zijn. Een zwart geklede man nam beleefd het woord en vroeg Pangloss of hij niet in erfzonde geloofde. Pangloss antwoordde: “De zondeval van de mens en de vervloeking maakten noodzakelijkerwijze deel uit van de gang van zaken in de best denkbare aller werelden.”
Hoofdstuk 4
4. Candide vertelt pangloss dat hij zich moet laten genezen, maar pangloss bezit geen geld.. In deze wereld is niks gratis, het is geven en nemen. Candide besluit pangloss bij zijn vriend Jacob te brengen, Jacob liet hem op zijn koste genezen, maar pangloss verloor zijn oog en zijn oor bij de behandeling. Aangezien pangloss goed kon schrijven en goed kon rekenen, stelde Jacob hem aan als zijn boekhouder. Jacob moest naar lissabon gaan. Pangloss legde hem uit hoe alles in de wereld zo goed was als je maar kon denken.. maar Jacob ging niet akkoord.
*Volgens Jacob is alles de schuld van de mens, ze zijn niet als wolven geboren, God heeft hen geen kannonen of bajonetten gegeven… De mens gebruikt deze wapens om elkaar te vernietigen dus ze hebben de natuur bedorven.
*Hoe meer individuele ongelukken er zijn, hoe beter alles is.
Abonneren op:
Posts (Atom)